De juiste haagplanten kiezen voor een mooie haag

Voordat er een haag in de tuin komt, is het aan te raden om voor jezelf goed na te gaan hoe deze eruit moet komen te zien. Welke keuzemogelijkheden zijn er, waar kun je het beste aan denken en welke informatie is hierover te vinden? Op internet valt wat dat betreft veel over hagen en beplanting te lezen en voor specifieke vragen kun je altijd terecht bij een tuincentrum of kwekerij.

Een haag

Een heg of haag wordt gevormd door een dichte rij haagplanten (struiken of bomen), met als doel een gedeelte van de tuin of het woonerf af te schermen.
Een haag wordt over het algemeen goed bijgehouden en gesnoeid, een heg is meestal iets ruiger en wilder, deze snoeit men minder frequent.
Een nette haag verdient bij de meeste mensen de voorkeur: het oogt verzorgd, biedt bescherming tegen wind, vogels, egels, kikkers en andere dieren en kan de tuin een bepaald aanzien geven. Daarnaast biedt een haag ook privacy.

Keuze uit verschillende haagsoorten

Haagbeuk, esdoorn of liguster… welk haag kies je voor jouw tuin? Wil je een haag om kijkers en indringers te weren? Dan kun je het beste kiezen voor een dichtbegroeide haag met scherpe stekels en doorns.
Groenblijvende, blad vasthoudende planten, bieden niet alleen ’s zomers maar ook in de winter volop privacy, zoals de meest bekende haagplant: de taxus. Coniferen worden eveneens vaak om deze reden gekozen. Verder is de laurier een populaire haagplant, omdat deze snel groeit.
Een andere plant die nagenoeg ziektevrij en winterhard is, is de beukenhaag. Vooral in vroeger tijden werden hier vaak hagen mee gevormd.
Een bladverliezende haagplant is bijvoorbeeld: de meidoorn, veldesdoorn en de haagbeuk (niet te verwarren met de beukenhaag, die wél blad vasthoudt). Het voordeel van deze haagplanten is dat ze in het voorjaar uitlopen en weer een prachtige, frisgroene haag vormen.
Nog een optie is om bij de kweker een kant en klare haag te kopen, voor als je niet jaren wilt wachten op een volle, dichtbegroeide haag.

Hoe de haag te planten:

De beste periode om te planten ligt tussen oktober en april, wanneer de planten in winterrust zijn en zodoende minder snel last hebben van het verplanten. Vanaf mei begint het bloeiseizoen weer.
Span een draad op de plaats waar de haag moet komen en tel het aantal planten die je nodig hebt. Graaf een geul van zo’n 30 cm breed en diep. Meestal wordt in de geul een bodemverbeteraar gestrooid. De wortels van de plant moeten onder het maaiveld komen. De grond dient goed aangestampt te worden, zodat de planten stevig staan.

Snoeien

(Afhankelijk van de haag) doorgaans 2 keer per jaar, in het voor- en najaar. Om problemen met het snoeien te voorkomen kun je het beste een kweker raadplegen.

Sowieso raad ik je aan: win advies in. Zo ben je verzekerd van een mooie haag, waar je jarenlang plezier van zult hebben.